Danny, een groentje uit New York, komt naar de Mexicaanse grens op zoek naar zijn oudere broer naar wie hij altijd heeft opgekeken. Een Texas Ranger die belast is met het binnenbrengen van El Tigre en zijn bende bandieten, neemt Danny onder zijn hoede.
Onder leiding van een incompetente luitenant bevindt een troep soldaten zich op de Tomahawk Trail in Apache-gebied. Wanneer hij de Indianen hun paarden laat stelen en bij een schermutseling licht gewond raakt, neemt sergeant McCoy het bevel over. McCoy brengt ze met succes naar het fort, maar ontdekt dat alle soldaten door de Apaches zijn vermoord. Hij bereidt de troepen voor op een aanval, wetende dat als ze het overleven, de luitenant van plan is hem voor de rechter te laten brengen.
Het is 1849. Tracy Powell, een landbouwer uit Indiana, is besmet met de goudkoorts en hij vertrekt met Bert Killian naar Stockton in Californië. In Stockton verlaat Tracy Bert en trekt vervolgens op met Sam Wilkins, een ervaren goudzoeker in dienst van Willis Haver. Na zes jaar keert Tracy terug naar zijn vriendin Julie in Indiana en beiden trouwen. Tracy probeert weer landbouwer te worden, maar de goudkoorts laat hem maar niet los en in de nacht dat zijn zoon Billy geboren wordt gaat hij weer goud zoeken. Dit keer werkt Tracy samen met de goudzoeker Jimmo McCann. Wanneer Jimmo tien jaar later wordt beroofd en vermoord, gaat een berooide Tracy terug naar Indiana. Maar Julia wil niets meer van hem weten. Zijn ex-vriend Bert gelooft hem niet, maar Haver, nu een bankier, wil Tracy wel geld geven, maar hij wil daarvoor in de plaats zijn claim op de goudmijn.
Een revolverheld die zijn eigen ophanging overleeft, helpt een jonge weduwe die probeert te voorkomen dat een meedogenloze landbaron haar boerderij in beslag neemt.