Een verpleegster, een ambulancemedewerker, een turner en een coach runnen een bedrijfje genaamd “Alpen”. Ze kunnen ingehuurd worden om overleden personen in hun dagelijkse routines na te spelen, dit ten behoeve van hun rouwende familieleden, vrienden en collega’s. Er is een grote variatie in het soort rollen dat ze spelen, maar toch nemen ze niet zomaar elk aanbod aan. Het bedrijf opereert in de illegaliteit, onder een streng regime van hun leider, de ambulancier. Hij heeft zichzelf als codenaam de naam van de grootste Alpenreus toegeëigend: de Mont Blanc.
1936, Engeland. De Amerikaanse Wallis Simpson (Andrea Riseborough) verovert het hart van koning Edward VIII (James D'Arcy). Echter, Edward krijgt van de kerk en de Minister President te horen dat hij niet met Wallis kan trouwen en tegelijkertijd koning blijven. Hij besluit af te treden voor de vrouw die hij lief heeft. Eenmaal getrouwd zijn ze bekend als de hertog en hertogin van Windsor en velen beschouwen hen als meest romantische koppel van de eeuw. Parallel aan dit verhaal loopt de romance van Wally Winthrop (Abbie Cornish) in het New York van 1998. Wanneer ze in een ongelukkig huwelijk met een succesvolle psychiater belandt, raakt ze geobsedeerd door het verhaal van koning Edward VIII. Als Sotheby's diverse persoonlijke eigendommen van de Windsors veilt, probeert ze de romance tussen Wallis en Edward te begrijpen middels de voorwerpen die het echtpaar toebehoorden.
De Britse ex-SAS agent Andy Marlow (Robert Fucilla) werkt undercover als huurling in een observatiepost in de Balkan, nadat een militaire staatsgreep is gepleegd waarbij de Servische minister-president en zijn familie zijn vermoord. De coup wordt geleid door Olodan Cracovic (Antony Byrne), een ex-commando van het Kroatische leger, die ondergedoken is nadat de Balkanoorlog eindigde. Wanneer Olodans leger de Amerikaanse ambassadeur gijzelt, besluit de Amerikaanse overheid Andy en twee andere huurlingen op een bevrijdingsmissie te sturen.
Het prille geluk van de jonge ouders Romeo en Juliette wordt opgeschrikt wanneer hun pasgeboren zoon Adam ernstig ziek blijkt te zijn. De ziekte van hun zoon brengt hen in een strijd vol chaos, waarin het jonge stel hun weg naar volwassenheid moet zien te vinden. Hoe traumatisch de situatie echter lijkt, met moed en de liefde voor elkaar proberen de twee samen hun geluk te vinden.
Baily gaat door het leven als een onrustige bluesmuzikant. Na één van zijn dronken nachten wordt hij benaderd door een mysterieuze man. Deze vertelt hem dat Baily's grootvader is gestorven en dat hij naar diens geboortestad zal moeten gaan om daar zijn erfenis op te halen. Baily, die eerst nog af ziet van het goede nieuws, besluit uiteindelijk toch mee te gaan. Ze reizen door het uiterste Zuiden en het duo maakt goed gebruik van de muzikale geschiedenis van de regio om elke blueskroeg die ze tegen komen binnen te stappen. Tijdens hun trip grijpt Baily regelmatig naar de fles om de wijsheid van zijn nieuwe vriend te kunnen begrijpen en aanvaarden. Hij raakt er steeds meer van bewust dat hij zijn verleden achter zich moet laten.
Cheyenne, een rijke voormalige rockster die z’n pensioen maar saai en vermoeiend vindt, besluit op zoek te gaan naar de kwelduivel van z’n vader, een ex-nazi oorlogsmisdadiger die zich momenteel in de VS verschuilt. Als hij verneemt dat z’n vader op sterven ligt, reist hij naar New York in de hoop zich met hem te kunnen verzoenen.
Wanneer de jonge verzetsstrijder Piet Hartog getuige is van de gruweldaden tegenover de Joden raakt hij via zijn mooie geliefde Aty en haar tante Corrie betrokken in een web van spionage en clandestiene activiteiten. In de schuilplaats ontmoet hij de jonge natuurkundestudent en journalist van het verzet, Hans Poley. Samen gaan ze de strijd aan om Gods volk te redden met als einddoel een weeshuis met kinderen van massa-executie te redden.