Het is eind jaren 1860. Yellowleg, een voormalige sergeant van de Noordelijken, is geobsedeerd door het opsporen van Turk, een deserteur van de Zuidelijken. Turk heeft hem willen scalperen toen hij tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog gewond op het slagveld lag. Yellowleg vindt Turk en zijn vriend Billy Keplinger in een cantina. Hij overtuigt hen om hem te helpen een bank in Gila City te beroven. Het trio treft in Gila City ook een andere groep bankrovers die dezelfde bank willen beroven. Tijdens een schietpartij met hen doodt Yellowleg per ongeluk de 9-jarige zoon van de weduwe en saloon entertainster Kit Tilden. Berouwvol over Kits gedode zoon biedt hij haar aan haar te begeleiden door Apachengebied naar de spookstaf Siringo. Kit wil daar haar zoon begraven naast het graf van haar man. Yellowleg en Kit krijgen echter onderweg problemen met Billy, Turk en de Apachen.
Ryoji, een zwerver, arriveert in een afgelegen bergstadje, met een jachtgeweer in de hand en beweert een jager te zijn. Hij raakt al snel verwikkeld in een web van problemen rond de molen van de stad.
Het Leger van de V.S. staat onder druk om blanke gevangenen uit handen van de Comanches te redden. De cynische en corrupte Guthrie McCabe wordt overgehaald door een luitenant om de onderhandelingen met de Comanches bij te wonen.