Tony, de zoon van Terry, de meest beruchte gangster van Londen, zit met een groot probleem. Hij wordt wakker in een verlaten boerderij met bloed op zijn shirt, geen idee hoe hij daar gekomen is en, nog belangrijker, geen idee van wie het bloed is. Wanneer hij op zoek gaat naar een telefoon belandt hij in een klein Italiaans stadje. Als vreemdeling praat niemand met hem behalve een vriendelijke man, Francesco. Langzaam begint hij zich te realiseren dat hij niet zonder reden in het Italiaanse stadje is terecht gekomen.
Nadat zijn vrouw, een concertpianiste, vermoord wordt aangetroffen, wordt een rijke man verdacht van moord. Maar naarmate er meer verdachten zich opstapelen, kan dit mysterie zijn tol eisen van meer dan één deelnemer.
Privé-detective P.J. is blij met een nieuwe klus: het beschermen van Maureen Preble, minnares van miljonair Orbeson. P.J. moet haar vooral beschermen tegen aanvallen van Orbeson's vrouw en haar hebberige familie. In werkelijkheid plant Orbeson een dodelijk plot, waarin P.J. een centrale rol speelt. Ondertussen wordt P.J. verliefd op Maureen en Orbeson's fortuin.