Rome, 1975. In de nacht van 2 november wordt de bekende Italiaanse dichter en filmmaker Pier Paolo Pasolini vermoord. Pasolini is het symbool van de kunst die strijdt tegen de macht. Zijn geschriften zijn schandalig, zijn films worden gecensureerd; veel mensen houden van hem en velen haten hem. De dag van zijn dood spendeert Pasolini zijn laatste uren met zijn geliefde moeder en later met zijn beste vrienden, vooraleer hij in zijn Alfa Romeo de nacht inrijdt op zoek naar avontuur in de eeuwige stad. Bij het ochtendgloren wordt Pasolini dood teruggevonden op een strand in Ostia, aan de rand van de stad.
De Eerste Wereldoorlog is halverwege 1917 in volle gang. Overal in Europa vinden de meest afschuwelijke veldslagen plaats. Zelfs hoog in de Alpen tussen Slovenië en Italië wordt fel strijd geleverd. De onervaren soldaat Jakob Lindner en kapitein Jan Kopetzky zijn de enige overlevenden van een massale Italiaanse aanval op een uitkijkpost van Oostenrijk-Hongarije. De kapitein is zwaar gewond en Jakob kan zonder hulp onmogelijk stand houden. Vluchten zou wijs zijn, maar het hoofdkwartier beslist anders: de post moet koste wat het kost worden verdedigd. De druk op Jakob is onmenselijk. Toch moet hij met de dood in de ogen op zoek naar een manier om het vernietigende Italiaanse geweld in zijn eentje te doorstaan.
De tragedie en komedie in Carlos' leven begint, groeit en eindigt zoals de tragedie en komedie van Portugal. In het gezelschap van zijn goede vriend João da Ega, naar verluidt een briljante schrijver, brengt Carlos, met zijn nutteloze bestaan als aristocratische arts, zijn tijd door met het genieten van vrienden en geliefden. Tot hij verliefd wordt. Ze is een nieuw personage in deze revolutionaire roman. Het is een duizelingwekkende passie die verder gaat dan de somberheid uit het verleden en een nieuwe, donkerdere afgrond bereikt: incest.