Na hun eerdere samenwerking in Klute, ontmoeten Jane Fonda en Donald Sutherland elkaar opnieuw op luchthartiger wijze in dit grappige, ongedwongen verhaal van schrijver David S. Ward en producers Tony Bill en Michael en Julia Philips, het team achter de winnaar van de Academy Award® voor Beste Film van datzelfde jaar, The Sting. Fonda speelt Iris, een blijmoedig hoertje dat grote namen uit het stadsbestuur tot haar betalende clientèle mag rekenen. Maar ze is trouw aan de onafhankelijke, voorwaardelijk vrije Jesse Veldini (Sutherland), die staat te trappelen om zijn carrière als coureur in de autosloopraces weer op te nemen. Veldini's terugkeer zou de herverkiezingscampagne van zijn ambitieuze broer (Howard Hesseman) als officier van justitie, wel eens kunnen schaden – en dus worden er stappen ondernomen om de ex-bajesklant in het gareel te houden. Peter Boyle, John Savage en Gary Goodrow schitteren eveneens in dit doldwaze en hartverwarmende verhaal.
De mentaal instabiele Masako (Naomi Fujiyama) vermoordt haar eigen zus tijdens een woede aanval. Hierdoor moet ze op de vlucht slaan voor de politie. Tijdens deze vlucht beseft Masako dat ze zichzelf een tweede kans moet geven in het leven en er dan volledig van wil gaan genieten.
Advocaat Ralph Anderson heeft de taak ervoor te zorgen dat hun baas Massonetti namens een bende gangsters ongehinderd naar Mexico kan vliegen. Hij weet zijn vader, de sheriff in Tula, te overtuigen vanwaar Massonetti wil vliegen. Maar zijn broer is uit op de beloning die op het hoofd van de gangster staat.
Nadat hij in een bioscoop een verleidelijke vrouw heeft ontmoet, raakt een makelaar verwikkeld in een mysterieus complot over moord, dubbele identiteiten en films.
In Spanje ging de jonge Ursula bij het verlaten van het klooster bij haar tante Florentine wonen. De laatste, hoewel getrouwd, wordt het hof gemaakt door een jonge jongen uit het dorp, Lambert, op wie Ursula smoorverliefd is.