Het verhaal speelt zich af in Hiroshima, Japan, in 1988, voorafgaand aan de inwerkingtreding van de anti-georganiseerde misdaadwet. Er is een gerucht dat detective Shogo Ogami (Kôji Yakusho) banden heeft met de yakuza. Hij werkt samen met rechercheur Shuichi Hioka (Tôri Matsuzaka) en zij zoeken een vermiste persoon, een werknemer van een financieel bedrijf. De conflicten tussen yakuzagroepen worden steeds ernstiger.
Miss Marple wordt door een oude schoolvriendin te logeren gevraagd om haar zuster te beschermen, die met haar uitgebreide familie op het terrein van een experimentele strafinrichting woont.
Een sadistische huisbaas vindt het leuk om de bewoners van zijn appartementsgebouw te bespieden. Hun levens zijn allesbehalve alledaags. Zo is één van zijn huurders ervan overtuigd dat hij over superkrachten beschikt.
Speurneus Beck onderzoekt de moord op een vrouw die in stukken werd gehakt en waarvan de dader de lichaamsdelen in vuilniszakken dumpte. Aanvankelijk lijkt het een routineklusje maar door inmenging van de geheime dienst ontstaat er een dubieuze intrige met vertakkingen tot op het hoogste niveau van de politiek. Het enige spoor van Beck leidt naar de echtgenoot van de verhakkelde vrouw. Deze begrafenisondernemer heeft een voorliefde voor iconen en bezit een indrukwekkende verzameling. Tijdens een ondervraging in diens woning ontdekken de speurders een kogelgat. De man heeft trouwens een wel erg macabere bijverdienste. Wanneer hij een dreigement in het Russisch ontvangt besluiten de speurders om naar de nationale veiligheidsdienst te stappen.
Tara, een chef-kok, deelt een appartement met haar vriendin Kris, een accountant, en haar beste vriendin Sammi, een go-go danseres. Op een nacht ontdekken Tara en Sammi drie miljoen dollar aan drugsgeld en ze besluiten het te stelen. Alles loopt op rolletjes totdat Sammi's vriend Karl een plan bedenkt om het geld te stelen om zo zijn schulden af te betalen aan een gangster.