Het verhaal van hoe Aurora Mardiganian (1901-94), een overlevende van de Armeense genocide gepleegd door het Ottomaanse Rijk (1915-1917), een ster van de stomme film uit Hollywood werd.
Hajo wil naar zee als scheepsjongen op het schip van schipper Bontekoe. Zijn moeder, die haar man op zee heeft verloren, doet er alles aan om hem aan wal te houden, maar de roep van de zee is te sterk en Hajo's aanwezigheid op het land brengt niets dan ellende. Padde, het onhandige vriendje van Hajo, kan geen afscheid van hem nemen. Hij springt vlak voor het vertrek aan boord en er wordt besloten dat hij meereist tot Harlingen, waar ze buskruit in moeten laden. Daar zal Padde met een tjalk mee terug naar Hoorn varen. Padde valt echter in slaap en wordt pas wakker als ze al op zee zijn. Aan boord sluiten Hajo en Padde vriendschap met Rolf, een jongen die al kan lezen en schrijven. Op hun tocht naar Oost beleven ze samen met schipper Bontekoe veel spannende avonturen.
We volgen Yip Man in zijn jongere jaren, vanaf dat hij als jongen in Hongkong moet gaan studeren totdat hij weer terugkeert naar Fuoshan. We zien hoe hij het Wing Chun leert beheersen onder de voogdij van de drie Wing Chun meesters Chan Wah-shun, Ng Chung-sok and Leung Bik en hoe hij kennis maakt met zijn vrouw.
Tijdens de laatste wanhopige maanden van de Tweede Wereldoorlog eindigt een geallieerde missie om Ramree Island voor de kust van Birma te heroveren met afgrijzen wanneer een omstreden groep soldaten vast komt te zitten in dicht moerasgebied vol dodelijke zoutwaterkrokodillen. Terwijl de mannen één voor één worden opgepikt door de hongerige reptielen, nemen de overgeblevenen hun toevlucht tot steeds wanhopigere maatregelen om de aanval van bloedbad te overleven en levend van het eiland te komen.
In het begin van de 14de eeuw staat Vlaanderen onder Franse voogdij. In West-Vlaanderen zijn hiertegen opstanden ontstaan. Vooraanstaande Fransen komen de oude graaf van Vlaanderen vragen zich naar de Franse koning te begeven en zich te onderwerpen. Hij vertrekt en wordt gearresteerd. Wanneer kort daarna Fillips De Schone een bezoek brengt aan Brugge, wordt hij maar koel ontvangen. De bevolking wordt opgehitst door de oude deken van de weversgilde, Pieter De Coninck, en ook Jan Breydel laat zich niet onbetuigd. Intussen oefent de Franse edelman Jacques de Chatillon een waar schrikbewind uit in Brugge. De opstandelingen verlaten de stad. Franse soldaten vergrijpen zich aan de achtergebleven families: de moord op moeder, de broer en de zus van Jan Breydel gooit olie op het vuur. De Vlamingen nemen wraak op de Fransen. Als koning Filips dat verneemt, stuurt hij een leger naar Vlaanderen om de rebellie de kop in te drukken. De Vlamingen verzamelen zich en wachten de strijd af.
Vader Van Paemel is boer op de hoeve van baron de Wilde. Tijdens een mondaine jachtpartij op het landgoed van de baron wordt de zachtaardige Désiré Van Paemel zo zwaar gekwetst dat hij invalide blijft.
Boer Wortel is al zijn hele leven lang slachtoffer van de ene tegenslag na de ander. Desondanks vindt hij steeds de kracht om opnieuw op te staan en de vreugde in het leven terug te vinden. Terwijl hij zich door al deze ellende heen slaat beitelt hij lustig verder aan een houten beeld van Jezus, een meesterwerk in wording.