Reykjavik, 1971. Jóhanna is samen met haar zoontje Snorri teruggekeerd uit Parijs, waar ze jarenlang hebben gewoond. Ze is op weg naar het eiland Flatey om haar vader te begraven, een man die zijn leven wijdde aan het mysterieuze middeleeuwse manuscript Flateyjargátu. Jóhanna wil de zaken van haar vader zo snel mogelijk regelen om weer te kunnen vertrekken, maar dat pakt anders uit.
Narumi Fujishima is een gewone middelbare scholier die geïsoleerd blijft van zijn klasgenoten. Op een middag nodigt medeklasgenoot Ayaka Shinozaki Narumi uit om lid te worden van de tuinclub en stelt hem voor aan een teruggetrokken detective genaamd Alice. Alice huurt Narumi in als assistent en zet hem aan het werk om de vreemde mysteries van Angel Fix, een illegale drug, op te lossen. Hij weet niet dat dit hem en Ayaka in ernstige problemen zou kunnen brengen.
Een fotograaf keert na de dood van haar beste vriendin terug naar haar geboorteplaats, maar ontdekt de verborgen geheimen van hun relatie en de waarheid van de tragedie.
Quirke is de hoofdpatholoog in het mortuarium van de stad Dublin – een charismatische eenling wiens werk hem meeneemt naar fascinerende plaatsen terwijl hij onderzoek doet naar plotselinge sterfgevallen in het Dublin van de jaren vijftig. Zijn geneugten in het leven zijn rauw en diep, een drankje, een sigaret, lekker eten, een vrouw: met één vrouw in het bijzonder: de vrouw van zijn adoptiebroer, Sarah, en de verboden liefde die Quirke's leven heeft gevormd en gedomineerd.