De Eerste Wereldoorlog is aan de gang. Een jonge Britse luchtmachtofficier die net klaar is met zijn opleiding, meldt zich aan het westelijk front om de strijd aan te binden tegen de Duitsers. Zijn enthousiasme en naïviteit botsen hard met het bittere realisme van een door de wol geverfde veteraan.
Tiener Wong Fei-Hung wordt gestuurd om te trainen in de kunst van Hung Gar Kung Fu bij de leraar van zijn vader, Lu Ah-Choy. Nu de training voltooid is, moet Wong tegen een moordenaar vechten en de eer van zijn school redden.
Een ingenieur heeft een nieuwe speciale legering ontdekt voor de constructie van onderzeeërs en staat op het punt deze op de wereldmarkt te lanceren. Om hem te dwingen de formule op te geven, ontvoeren zijn tegenstanders zijn zoon.
De moordenaar Meng Sheng-hun krijgt van Kao Lao-ta de opdracht om 'Oom' Sun Yu, de leider van de machtige Lung Men-clan, te vermoorden. Wanneer hij onbewust verliefd wordt op zijn dochter Hsiao Tieh, komt hij in een gewetensconflict terecht. Voor de zekerheid huurt Kao een andere moordenaar in, die eerder een relatie had met Hsiao, om Sun te vermoorden. De situatie wordt steeds gespannener wanneer duidelijk wordt dat er een verrader in de gelederen van Sun zit.
Een excentrieke politieman (Milian) jaagt op kruimeldieven. De zaak wordt wat groter als de bende per ongeluk vijf miljoen ontvreemdt van maffiabaas Palance, die daar logischerwijs niet blij mee is.
Jonathan is de eigenaar van een kapsalon. In tegenstelling tot de mythe is hij een echte womanizer. Wanneer hij problemen krijgt met de maffia omdat hij zijn receptioniste probeert te helpen verandert de sexmachine in een met kettingzaag bewapende moordmachine.